West-Canada 2008

Dag 20: Osoyoos - Princeton

Afgelegd aantal km: 142 Gereden door: Frank
Gemiddelde temperatuur: 20 Weersgesteldheid: zonnig
Gespot wildlife: 4 California Quails (vogeltje met kuif), black beetle, eekhoorn, 5 berggeiten, 3 Big Horn Sheeps, 26 canadese ganzen, 3 herten en een Blue Jay

Kaart met het begin- en eindpunt van deze dag:

Eerst even terug naar gisteravond. Omdat we op een luxe camping stonden was er ook een overdekt zwembad met hot tub aanwezig. Daar hebben Ingrid en Jeroen dan ook maar even gebruik van gemaakt.
Toen we vanmorgen wakker werden en de camperdeur opende, bleek dat alle wolken en de wind weg waren en er een strak blauwe lucht te zien was. Dat was nog eens een aangename verrassing. Gisteren wilden we persé aan het meer staan en kregen we een plaats waar geen picknick tafel bij was. Vonden we toen geen probleem omdat we toch niet buiten zouden eten. Daarom vanmorgen maar één van de vele vrij picknicktafels (in het zonnetje) opgezocht om aan te ontbijten. Daarna vertrokken naar het iets verderop gelegen Nk’Mip Desert Cultural Centre. Dat was een soort openlucht museum over de oude indiaanse (of ‘First Nations’ zoals ze dat hier noemen) cultuur. Dit was best grappig en leerzaam bovendien.
Vervolgens zijn we naar de andere kant van het Osoyoos meer gereden, naar Haynes Point Provincial Park. Daar hebben we een korte trail gelopen – de Wetlands trail – waarna we onze weg westelijk vervolgden over highway 3. Al na een paar kilometer buiten Osoyoos kwamen we langs Spotted Lake. Dit is een voor indianen heilige plaats in verband met de verschillende helende krachten die ieder van de 365 afzonderlijke ringen in het meer blijken te hebben.

 

Daarna reden we verder door naar Keremeos, waar rondom ook weer enorm veel fruitteelt te zien valt. We zijn bij één van de fruitwinkeltjes van een fruitteler gestopt om wat vers fruit ‘voor weinig’ in te slaan. Bij het stalletje hebben we de weg gevraagd naar de VVV en de enthousiaste dame bij de VVV kon ons de weg vertellen naar dé attractie van Keremeos, de Grist Mill, en wist voor ons een parkje waar we konden gaan picknicken. Eerst moesten we daarvoor de supermarkt bezoeken om wat te picknicken te scoren en hebben we bij de liquor store direct de drankvoorraad aangevuld.
Eenmaal bij de Grist Mill bleek die gesloten te zijn, maar de mevrouw van de VVV had al gezegd dat we dat wel door de tuinen mochten lopen naar de Grist Mill. Dat deden we dan ook en na de diverse foto’s gingen we terug naar Keremeos om de picknickplaats te zoeken. Dat was vrij eenvoudig te vinden, want zo groot is het plaatsje nou ook weer niet.
Na de lunch in het parkje gingen we op weg naar een 100 jaar oude houten rode brug. Veel meer dan er overheen rijden was daar niet bij. Wel zagen we vlak ervoor nog een aantal berggeiten aan de kant van de weg grazen.
Daarna verlieten we Keremeos toch echt en zetten we koers naar Princeton. Ongeveer halverwege moest de camper vol in de remmen omdat we in het land naast de weg drie Big Horn Sheeps zagen lopen. En die hadden we deze vakantie nog niet gezien, ondanks de diverse waarschuwingsborden die we voor de beesten hadden zien staan.

Eenmaal in Princeton werd de uitgekozen camping bezocht, Princeton Castle Resort. Dit bleek een heel aparte camping te zijn. Het huis van de eigenaar heeft veel weg van een kasteel en in de tuin voor het huis staan ook aan beide zijde beelden. Bij de receptie werd gevraagd of we de plekken eerst wilden zien en dat wilden we wel. Toen we daarna wilden gaan lopen werden we teruggeroepen omdat het best een eindje lopen zou zijn. Eenmaal in de camper op weg naar de campground zagen we diverse ruïnes, diverse mooie cabins en een heus wedding altaar. Verderop en hogerop gelegen was de campground. Die werd al snel goedgekeurd omdat het er prima uitzag en we zowaar de enige camper bleken te zijn. Er was nog wel één gast in een cabin, maar voor de rest hadden we het rijk voor ons alleen. We hadden genoeg firepits tot onze beschikking, dus in één firepit werd een kampvuur opgestookt (de beste tot nu toe) en in een andere de bbq. Later op de avond werden er nog een paar hertjes op de camping gespot.

Dag 21: Princeton - Merritt

Afgelegd aantal km: 111 Gereden door: Jeroen
Gemiddelde temperatuur: 17 Weersgesteldheid: (zwaar) bewolkt
Gespot wildlife: 6 herten, diverse eekhoorns, veel vee

Kaart met het begin- en eindpunt van deze dag:

Gisteravond enorm genoten van de ruime kampeerplek met de daarbijbehorende bbq plus super kampvuur. Daar kwam vanmorgen bij dat de douche heerlijk warm is en we op deze dag (24 september!!!) buiten het ontbijt kunnen nuttigen.
Om ongeveer half tien gaat het gezelschap weer op pad richting Merritt.
Aangezien we goed op schema liggen, kunnen we meer dan rustig aan doen de komende dagen alvorens ergens in het weekend te eindigen in Vancouver. Om vervolgens daar nog ‘wat’ dagen te verblijven.
We nemen vandaag de scenic route richting Merritt en wanen ons alleen op de wereld tussen de schitterende landerijen. Kortom, het echte vakantiegevoel.
Al vrij snel spotten we de eerste wildlife, te weten 3 herten die zich keurig laten fotograferen. Nu nog hopen op een Moose of iets dergelijks. Onderweg passeren we nog Mc Caffrey Lake. Het meer ligt er rustig en verlaten bij.
Verderop stoppen we in Allison P.P., wandelen door het bos langs het meer en bekijken hier de campground. Je weet tenslotte nooit als er weer jaren gespaard is.

Langs de weg zijn de bomen al behoorlijk gekleurd, de Indian Summer komt op gang. De bewoners in deze regio leven van het vee, terwijl logischerwijs ook de houtindustrie een bron van inkomsten is. Het enige verkeer dat we dan ook tegenkomen zijn de kolossale vrachtwagens die het hout/bomen vervoeren. Onderweg worden ook diverse springende wilde herten gesignaleerd rondom de weilanden waar veel vee graast.
Het eerstvolgende dorpje dat we tegenkomen is Aspen Grove. Een mooie naam maar daar is alles mee gezegd.
Aangekomen in Merritt bezoeken we eerst de visitors info, om vervolgens richting centrum te gaan waar boodschappen gedaan worden.
Evenals de laatste dagen gaan we (wederom) een kop koffie drinken. Ditmaal valt het oog op het Coldwater hotel, dat meer dan 100 jaar oud is & da’s te zien ook!!

Het blijft, zoals bijna gebruikelijk, niet bij een kop koffie maar er wordt ook (weer) flink gegeten; de burgers met friet komen op tafel. Merritt staat te boek als country hoofdstad van Canada en heeft zelfs een heuse walk of (country)stars. Verder is de indruk van Merritt dat er opvallend veel jongerenouderen rondhangen. Iets wat we nog niet eerder hebben gezien in Canada; wellicht is hier de werkeloosheid hoog? In onze ogen is Merritt dan ook niet meer dan een tussenstation op de route richting bijv. Hell’s Gate op weg naar Vancouver.
Even buiten Merritt is er nog een viewpoint dat een mooi uitzicht op Merritt moet bieden. Maar helaas valt dat een beetje tegen. Echter, in dit gedeelte woont wel de upper-clas van Merritt wat de stad een iets ander aanzien geeft.
Aan de rand van Merritt vinden we een overnachtingsplek in de vorm van het Claybanks RV Park. Een campground met grassites en zeer schoon sanitair plus wifi zodat de site weer bijgewerkt kan worden.
Tot morgen!

Dag 22: Merritt - Lytton

Afgelegd aantal km: 124 Gereden door: Lidwine
Gemiddelde temperatuur: 21 Weersgesteldheid: overwegend zonnig
Gespot wildlife: 1 Garant Snake, 2 hummingbirds, 1 eagle, diverse 'nog niet nader geïdentificeerde' birds, 1 fazant

Kaart met het begin- en eindpunt van deze dag:

Hedenmorgen voor ons doen uitgeslapen. ’s Nachts is er wel wat regen gevallen, maar bij het ontwaken is het droog en staat er een zonnetje. Dus wederom buiten ontbijten, omdat de temperatuur al voldoende opgelopen is. Om tien uur gaat de camper op weg, richting - in eerste instantie - Spences Bridge. Vijftien kilometer ten zuidwesten van Merritt bezoeken we de Spius Creek Hatchery (een door de overheid gesubsidieerde zalmkwekerij). De meneer aldaar is zeer enthousiast en leidt ons gedurende ruim een uur rond. Het hele proces van de bevruchting tot het uitzetten van de zalmen komt aan de orde. Opvallend vooral is, dat de zalmen een zescijferige barcode in de neus krijgen aangebracht. Die barcode is alleen onder een microscoop te lezen. Per dag worden er bij 20.000 kleine zalmen een klein ijzeren stukje barcode aangebracht. Op deze kwekerij worden ook Schinookzalmen opgekweekt, die met uitsterven bedreigd worden. De kwekerij wordt gefinancierd door de overheid en kost jaarlijks 500.000,- Canadese dollar. Dit alles om de zalmpopulatie op ‘normaal’ niveau terug te brengen. Deze rondleiding kostte ons helemaal niets!!! Al met al een onverwacht interessant bezoek.

Op weg terug naar de camper treffen we nog een ‘ongevaarlijke’ Garant Snake die het pad oversteekt. Terwijl de temperatuur inmiddels verder opgelopen is, vervolgen we de weg langs de Nicola River door het mooie prairieachtige landschap. In Spences Bridge stoppen we even bij de gelijknamige brug, waar de Thompson River en Nicola River bij elkaar komen. Net over de smalle brug nemen we koffie met een overheerlijke apple pie bij de Packing House en nuttigen dit buiten op het terras in de zon. Voor dit alles betalen we omgerekend nog geen tien euro. De gemiddelde leeftijd in dit koffiehuisje is ongeveer zeventig jaar, dat aanzienlijk daalt na onze binnenkomst. In het Gold Pan Provincial Park nemen we een kijkje, terwijl boven ons in de bergen een kilometerslange trein passeert en beneden de Thompson River stroomt. Verderop, vlak voor Lytton, doemt het Skihist Provincial Park op. Daar in een groen park heb je fantastisch uitzicht op de Thompson Canyon. De meerdere lagen/kleuren gesteente en de honderd meter lager gelegen rivier maken het beeld compleet.

Een stukje de ‘12’ op richting Lilloet komen in Lytton de ‘vuile’ Frasier River en de ‘schone’ Thompson River samen. Dit kleurverschil van het water is een kilometer verder nog te zien, alvorens de kleur overgaat in één troebele mengeling van water. Als je de stroming van het water ziet, begrijp je direct waarom raften hier een favoriete bezigheid is. Bij de visitors info verzamelen we weer de nodige folders over Lytton en omgeving. In Lytton lijkt het wel of de tijd stil is blijven staan. Of anders gezegd: er is sprake van achterstallig onderhoud. In dit stadje wonen ca. 500 mensen. Na wat omzwervingen komen we uiteindelijk terug in Skihist Provincial Park om aldaar in het bos een stek voor de nacht te vinden. Hoog boven in het bos vinden we wat gezocht wordt: een ruime plek, een picknicktafel en een firepit waar het bbq-duo ongetwijfeld weer heerlijk vlees zal bereiden op de geïmproviseerde échte bbq. Nee Harry O, niks rommelen met een gasdingetje, maar gewoon écht. We geven later nog wel tips voor bbq’en in down under. Vervolgens wordt na de bbq een geweldig kampvuur gemaakt; gezellig en lekker warm.

Dag 23: Lytton - Hope

Afgelegd aantal km: 125 Gereden door: Frank
Gemiddelde temperatuur: 20 Weersgesteldheid: 's morgens bewolkt, 's middag zonnig
Gespot wildlife: één bald eagle

Kaart met het begin- en eindpunt van deze dag:

We stonden in een provinciaal park, dat betekent geen stroom- en wateraansluiting dus moesten we douchen in de camper. Gelukkig waren er wel normale wc’s op het park aanwezig en hoefden we niet op een pit te gaan zitten. Na de heldere, met sterren bezaaide nacht was het vanmorgen helaas toch weer bewolkt. Ondanks dat werd er toch weer buiten ontbeten en vertrokken we rond kwart over negen van de campground. Na Lytton weer gepasseerd te hebben, via een kronkelige weg door de bergen met de Fraser River naast/onder ons, zijn we even gestopt bij Siska (Indian Land). We wilden een foto maken van twee bruggen die daar achter lagen maar na een eindje gelopen te hebben door hoog gras en langs vervallen of zelfs ingestorte huisjes, hadden we nog geen zicht op de bruggen dus zijn we de camper weer ingestapt om even later weer aan de kant van de weg te stoppen en nu wel goed zicht op de bruggen te hebben. Bij een later viewpoint zagen we heel ver onder ons een stipje wat, na alle zoom uit de camera gehaald te hebben, een bald eagle bleek te zijn. Zo is dat bewijs dan toch nog geleverd! Rond half 11 kwamen we aan bij Hell’s Gate. Hier is de Fraser River op z’n smalst en meer dan 800 miljoen liter water per minuut raast hier door een 33 meter smalle kloof. Met een airtram (gondeltje) daalden we vanaf de weg af naar de overkant. Hier hebben we wat rondgekeken en een bakkie gedaan (dit keer niet met een burger). Ook zijn we over de daar aangelegde brug over de Fraser River gelopen. Vanaf deze brug was het uitzicht op de zich voortstuwende rivier goed zicht- en hoorbaar.

 

Nadat we weer met het gondeltje terug waren gebracht, vervolgden we onze weg weer over de slingerweg. Deze weg ging ook door diverse tunnels, zoals de China Bar tunnel, de Hell’s gate tunnel en de Alexandra tunnel om uit te komen bij Alexandra Bridge. Hier hebben we een korte trail gelopen naar de brug en hadden we een mooi uitzicht op de inmiddels rustig geworden Fraser River. Onderweg naar Hope kwamen we ook nog door Yale. Dit was vroeger een belangrijke plaats in de route naar het noorden maar tegenwoordig is het niet meer dan een paar oude huizen en een kerk en dus kwamen we daarvoor niet eens uit de camper. Om kwart over één kwamen we aan in Hope waar we eerst even naar de VVV gingen voor informatie over onder ander de campgrounds in Hope en omgeving.

Vervolgens besloten we om de Mount Hope trail te gaan lopen, een wandeling van 4 kilometer naar het Mount Hope uitzichtpunt. In de folder stond dat het een steep (steile) trail zou zijn met een stijging van 500 meter. Aangezien we al heel wat trails hadden gedaan lieten we ons hierdoor niet afschrikken en begonnen we vol goede moed aan de wandeling. En die was al vanaf het begin steil. Op een gegeven moment, ongeveer op een kwart, haakten de dames toch af en gingen zij terug naar beneden om heerlijk in het zonnetje bij de camper te gaan zitten. De heren hebben het wel helemaal tot de top volgehouden en dat was behoorlijk zwaar, gezien het zweet dat bij terugkomst, na zo’n twee uur, van hun hoofden gutste. Achteraf bleek er in de folder te staan dat de trail drie uur zou duren dus de heren hebben met hun tijd zeker een topprestatie geleverd! Na nog een klein stukje te hebben gereden kwamen we op de door ons uitgezochte camping voor deze nacht aan. Helaas lag ons plekje niet meer in de zon, aangezien de camping tussen twee bergketens ligt. Na wat te hebben gedronken werd het kampvuur, waarschijnlijk voor de laatste keer, weer aangestoken. Dus alles wat brandbaar was ging erop, inclusief plakkerige marshmellows. Zelfs de Canadese buurman (met een Nederlandse vader) kwam nog wat oud papier brengen.

  reisverslagen en meer
Free Joomla! templates by Engine Templates